***
Een burger stapt zijn huis uit. Een beetje vreemd, misschien angstig, kijkt hij de uitgestorven straat in. Hij opent het tuinhek, gaat door de knieën en inspecteert de onderkant van zijn auto. Even later rijdt hij weg, nagekeken door zijn vrouw die door de vitrage tuurt. Alles in langzaam tempo, gefilmd zonder opsmuk.
 

De burger is cipier Lohan (Stuart Graham). Zijn angst is niet ongegrond aangezien hij gevangenisbewaker is bij de Maze gevangenis, waar IRA gevangenen zitten opgesloten. Met deze eerste scene is de toon van de film Hunger gezet. Hunger is geen vlotte film, is zelfs traag. Toch blijft de kijker geboeid door een onderhuidse spanning. Korte explosies van – schijnbaar – onnodig geweld versterken deze spanning.

Het film gaat over IRA gevangen in de Maze gevangenis die als politieke en niet als criminele gevangen willen worden gezien. Zij zijn ontevreden over de barre omstandigheden en voeren al jaren een vuilactie, waarbij zij zich niet wassen, de cellen vervuilen en urine door de gang laten lopen. Het blijkt niet te werken en gevangene Bobby Sands (Michael Fassbender) besluit tot drastischer maatregelen: een hongerstaking.

Sands leeft naar zijn overtuigingen en is vastbesloten in zijn handelen. Hongerstaking is het laatste middel waarnaar hij kan grijpen. Dat hij daarmee zijn ouders enorm verdriet doet, deert hem niet. Zij moeten lijdzaam toezien hoe hun zoon in zijn hongerstaking volhardt. Sands takelt langzaam af tot hij na 66 dagen op 27-jarige leeftijd sterft.

Cipier Lohan lijkt zich te onttrekken aan de andere cipiers, die uiterst gewelddadig met de gevangenen omgaan. Toch zien we hem plotseling ook op een gevangene inslaan. Als een lady Macbeth wast hij op verschillende momenten in de film het bloed van zijn handen. Later zit hij weer vreedzaam bij zijn dementerende moeder in een tehuis.

Zo eenvoudig als de lijn van het verhaal is, zo sterk is de uitdrukkingskracht. Het gaat hier om de levens van mensen. Ieder heeft zijn eigen motieven, normen en waarden en zit gevangen in een politiek-maatschappelijk stramien. Er is geen absoluut goed of slecht, maar gewoonweg pure ellende en de oplossing lijkt ver weg.

Indrukwekkend is de lange conversatie van Sands met pastoor Moran (Liam Cunningham). Beiden streven hetzelfde na, maar op verschillende manieren. Ook het middel hongerstaking valt slecht bij de priester. ‘Is dat het waard om zelfmoord voor te plegen?’, vraagt hij Sands. ‘Om voor vermoord te worden’, corrigeert de koppige Sands. Met deze zin vat debuterend regisseur Steve McQueen in feite de film samen. Waarheid is een kwestie van perspectief en iedereen heeft zijn eigen morele oordeel.