***

Op 28 april 1947 verlaat een balsavlot met zes bemanningsleden een Peruaanse haven. Aan het hoofd van de expeditie staat de Noorse antropoloog Thor Heyerdahl. Hij wil met de zeereis bewijzen dat primitieve volken uit Zuid-Amerika via de Stille Oceaan naar de Polynesische eilanden hebben kunnen varen. De expeditie slaagt en Heyerdahl brengt zowel een boek als een documentaire uit over het avontuur. De avonturier is in één klap wereldberoemd.

Regisseurs Joachim Rønning en Espen Sandberg (Bandidas, Max Manus) laten in de film Kon-Tiki het heroïsche verhaal van Thor Heyerdahl en zijn bemanning herleven. Heyerdahl maakte de reis niet vanuit een avontuurlijke drang, maar vanuit een wetenschappelijke motief. De gangbare theorie was dat Polynesiërs afstammen van Aziatische volken, maar Heyerdahl dacht daar anders over. Volgens hem kwamen de voorouders uit Zuid-Amerika. Zijn theorie werd echter bij voorbaat afgewezen, omdat de balsahouten vlotten uit die tijd poreus waren en na enkele weken in zee zouden zinken. De Noor besloot te bewijzen dat de vlotten uit die tijd de reis wel aankonden en bouwde een replica.

De regisseurs nemen het eerste deel van de film ruim de tijd om de kijker duidelijk te maken waarom Heyerdahl (Pål Sverre Valheim Hagen) besluit de gevaarlijke reis te maken. Als jonge man probeert Heyerdahl samen met zijn vrouw Liv (Agnes Kittelsen) op een afgelegen eiland een bestaan op te bouwen. De jonge wetenschapper spreekt inboorlingen die hem vertellen over hun voorouders die uit het oosten kwamen. Hij vindt op de eilanden archeologische en botanische bewijzen die zijn theorie staven. Terug in de bewoonde wereld probeert hij tevergeefs een wetenschappelijk artikel te publiceren met zijn bevindingen. Niemand gelooft hem en hij besluit de belangrijkste tegenwerping persoonlijk te ontkrachten. 

Wat volgt is een visueel spektakel met prachtige beelden van de onderwaterzee, hevige stormen en een strakke sterrenhemel. Kon-Tiki is een avonturenfilm zonder veel actie. Maar voor de actie moet je ook niet naar deze film gaan. Het gaat om de sfeer en het kunnen meeleven met de bemanning. Zij moeten het 101 dagen met elkaar stellen op een houten vlot van enkele vierkante meters. Het ene moment is de onmetelijke zee hun vriend, het andere moment hun vijand. Ook al is de afloop nu bekend, het feit dat de mannen toen niet wisten of ze het er levend van af zouden brengen, maakte de onderneming één groot avontuur. Je moet het maar durven.

De film volgt redelijk waarheidsgetrouw het werkelijke verhaal. Hier en daar worden elementen weggehaald of erbij verzonnen, maar zelfs voor de Heyerdahl-fan is dit niet echt storend. Alleen de personage van Herman Watzinger (Anders Baasmo Christiansen ) als onnozele dikzak is volledig verkeerd neergezet. Het heeft in Noorwegen tot een rel geleid toen de dochter van Ratzinger haar beklag deed en schande sprak van de manier waarop haar vader werd afgeschilderd. En gelijk had ze: Ratzinger was een knappe, stoere man, op wie Heyerdahl volledig vertrouwde. De filmmakers verontschuldigen zich met het verweer dat ze niet wisten dat de dochter bestond en meer spanning wilden creëren door het verhaal een psychologische lading te geven. Vanuit dat oogpunt is het karakter geslaagd.

Een veel gehoord commentaar is dat de film te Hollywood-esk is. Dit is ten dele waar. Het gaat inderdaad om een grote productie en enkele scenes, zoals die op het einde, zijn sentimenteel Amerikaans. Toch blijven actie en drama ondergeschikt aan de sfeer en blijft de film hiermee dicht bij de Europese traditie. De film is wel de duurste Noorse productie ooit en werd genomineerd voor een Oscar voor de beste buitenlandse film. Uiteindelijk grepen de regisseurs naast het begeerde beeldje. Thor Heyerdahl deed het beter: de film die hij over zijn reis maakte, won een Oscar voor beste documentaire.